Het Boek

Ezechiël 32:30-32 Het Boek (HTB)

30. Alle heersers van het noorden zijn daar en alle Sidoniërs, allemaal gesneuveld. Eens angstaanjagend, liggen zij daar nu in hun schande. Vernederd en beschaamd liggen zij daar met alle andere gevallenen die in het diepst van het dodenrijk zijn terechtgekomen.

31. Wanneer de farao daar terechtkomt, zal het een troost voor hem zijn te merken dat hij niet de enige is wiens hele leger sneuvelde,” zegt de Oppermachtige Here.

32. “Want Ik heb hem vroeger gebruikt om alle levenden angst aan te jagen. Maar dan zullen de farao en zijn leger liggen tussen de onreinen die door het zwaard sneuvelden.”’