Het Boek

Ezechiël 3:4-11 Het Boek (HTB)

4. Daarna zei de stem: ‘Mensenzoon, ga nu naar de Israëlieten met mijn boodschappen.

5. Ik stuur u niet naar een of ander ver afgelegen land waarvan u de taal niet beheerst.

6. Nee, niet naar stammen met een vreemde en onbegrijpelijke taal. Trouwens, als Ik dat deed, zouden zij naar u luisteren.

7. Ik stuur u naar de Israëlieten en zij zullen niet naar u willen luisteren, omdat zij ook naar Mij niet willen luisteren! Want het merendeel van hen is hardleers en onwillig.

8. Maar kijk, Ik maak ook u hard en koppig, net als zij.

9. Ja, Ik maak u zo hard als diamant, nog harder dan graniet. Wees dus niet bang voor hen en laat u niet afschrikken door hun blikken van haat en woede, ook al zijn het nog zulke rebellen.’

10. Hij voegde daaraan toe: ‘Mensenzoon, laat al mijn woorden eerst diep in uw eigen hart zinken, luister er zelf aandachtig naar.

11. Pas daarna moet u naar uw volk in ballingschap gaan en, of zij luisteren of niet, tegen hen zeggen: “Dit zegt de Oppermachtige Here!”’