Het Boek

Ezechiël 20:14-17 Het Boek (HTB)

14. Maar opnieuw zag Ik er vanaf om de eer van mijn naam te beschermen. Anders hadden de volken die er getuige van waren geweest dat Ik hen uit Egypte haalde, kunnen zeggen dat Ik hen vernietigde, omdat Ik niet bij machte was voor hen te zorgen.

15. Maar Ik zwoer hun in de woestijn dat Ik hen niet naar het land zou brengen dat Ik hun had gegeven, een vruchtbaar land met veel melk en honing, de heerlijkste plek op aarde.

16. Want zij overtraden mijn wetten, leefden niet zoals Ik wilde en ontheiligden mijn sabbatten, hun harten behoorden nog steeds hun afgoden toe.

17. Desondanks spaarde Ik hen. Ik maakte geen eind aan hun bestaan daar in de woestijn.