Het Boek

Exodus 40:32-38 Het Boek (HTB)

32. Elke keer wanneer zij het altaar passeerden op weg naar de tabernakel, stopten zij bij het wasvat om zich te wassen. Ook dat was volgens de opdrachten die de Here Mozes had gegeven.

33. Toen zette hij de voorhof op rondom de tabernakel en het altaar en hing het gordijn op voor de ingang van de voorhof. Zo legde Mozes de laatste hand aan het werk.

34. Toen bedekte de wolk de tent van de ontmoeting en de heerlijkheid van de Here vulde de tabernakel.

35. Mozes kon er niet binnengaan, want de wolk versperde hem de weg en de tabernakel was vervuld van de heerlijkheid van de Here.

36. Wanneer de wolk opsteeg van de tabernakel, braken de Israëlieten op en trokken verder, achter de wolk aan.

37. Maar als de wolk op de tabernakel bleef, bleven ook de Israëlieten waar zij waren.

38. Overdag rustte de wolk op de tabernakel en 's nachts brandde er vuur in de wolk, zodat alle Israëlieten het konden zien. Dit ging zo door, al de tijd dat zij onderweg waren.