Het Boek

Exodus 40:3-21 Het Boek (HTB)

3. Plaats de ark met de Tien Geboden erin en hang het gordijn ervoor, zodat de ark in het Heilige der Heiligen komt te staan.

4. Breng daarna de tafel met alle toebehoren naar binnen, zet de kandelaar erbij en steek de lampen aan.

5. Zet het gouden reukofferaltaar voor de ark en hang het gordijn voor de ingang van de tabernakel.

6. Zet daarna het brandofferaltaar voor de ingang.

7. Zet het wasvat tussen de tabernakel en het altaar en vul het met water.

8. Zet de gordijnwanden van de voorhof op en breng het gordijn voor de ingang van de voorhof aan.

9. Neem de zalfolie en sprenkel haar over de tabernakel en alles wat zich erin bevindt: alle toebehoren en stukken die daar staan, zodat ze worden geheiligd.

10. Zalf ook het brandofferaltaar en zijn toebehoren, zodat het allerheiligst wordt.

11. Doe hetzelfde met het wasvat en zijn voetstuk, zodat ook dat heilig wordt.

12. Breng Aäron en zijn zonen bij de ingang van de tabernakel en was hen met water.

13. Geef Aäron de heilige kleren aan, zalf en heilig hem, zodat hij voor Mij het priesterambt kan uitoefenen.

14. Zijn zonen moeten hun onderkleden aandoen

15. en daarna moeten zij worden gezalfd en geheiligd, zodat ook zij het priesterambt voor Mij kunnen uitoefenen. Hun zalving zal van geslacht tot geslacht blijven gelden, het is een eeuwig priesterschap.’

16. Mozes voerde al deze opdrachten van de Here precies uit zoals de Here hem had opgedragen.

17. Op de eerste dag van de eerste maand in het tweede jaar na de bevrijding uit Egypte, zette Mozes de tabernakel op.

18. Hij plaatste de voetstukken, zette de wandpanelen overeind, bracht de dwarsbalken aan en zette de pilaren op hun plaatsen.

19. Hij legde het tentdoek over het geraamte en dekte het af met de twee dekkleden, precies zoals de Here hem had opgedragen.

20. Hij legde de plaquettes met de Tien Geboden in de ark, schoof de draagstokken door de ringen en plaatste het verzoendeksel op de ark.

21. Daarna bracht hij de ark de tabernakel binnen, hing het gordijn ervoor en onttrok de ark zo aan het gezicht, zoals de Here hem had opgedragen.