Het Boek

Exodus 26:1-10-11 Het Boek (HTB)

1. ‘Maak de tabernakel van tien gekleurde tentdoeken van 12,6 meter lang en 1,8 meter breed.

2. Ze moeten worden gemaakt van getwijnd linnen, blauwpurper, roodpurper en scharlaken en er moeten engelfiguren in worden geweven.

3. Bevestig vijf doeken aan elkaar voor één zijde van de tent, zodat twee lange zijden ontstaan van elk vijf doeken.

4-5. Maak aan de uiteinden van deze zijden 50 lussen die tegenover elkaar komen te liggen.

6. Maak dan 50 gouden haken om de lussen bijeen te halen, zodat de tabernakel één geheel wordt.

7-8. Het dak van de tabernakel moet bestaan uit elf tentdoeken van geitehaar, 13,5 meter lang en 1,8 meter breed.

9. Bevestig vijf van deze doeken aan elkaar en doe hetzelfde met de zes andere, zodat het twee lange zijden worden. Het zesde doek hangt aan de voorkant van de tabernakel als een gordijn voor de ingang.

10-11. Maak 50 lussen langs de zijden van deze twee delen en bevestig deze aan elkaar met 50 koperen haken. Zo zullen de twee stukken één geheel vormen.