Het Boek

2 Korinthiërs 1:9-13 Het Boek (HTB)

9. Wij hadden het gevoel ten dode opgeschreven te zijn en konden er zelf niets tegen doen. Maar dat was goed, want toen hebben wij alles aan God overgegeven. Alleen Hij kon ons nog redden, Hij, die zelfs doden levend maakt.

10. Hij heeft ons inderdaad geholpen en ons leven gered. Ja, wij weten zeker dat Hij dat telkens weer zal doen.

11. Maar u moet ons ook helpen door voor ons te bidden. Als men dan ziet hoe God uw gebeden verhoort, zal Hij lof en dank van vele mensen ontvangen.

12. Wij kunnen eerlijk zeggen dat wij altijd zuiver en oprecht geweest zijn. Wij hebben rustig op de Here vertrouwd en niet op ons eigen kunnen. Dat geldt in het bijzonder voor onze omgang met u.

13. Mijn brieven zijn rechttoe, rechtaan geweest. Er is niets onduidelijks bij.