Het Boek

1 Samuël 25:1-5 Het Boek (HTB)

1. Korte tijd later stierf Samuël en heel Israël kwam bijeen en rouwde om hem. Hij werd begraven bij zijn huis in Rama. Intussen trok David naar de woestijn Paran.

2. Een rijke man uit Maon bezat daar een schapenboerderij, dichtbij de stad Karmel. Hij had drieduizend schapen en ongeveer duizend geiten en was op dat moment op zijn boerderij, omdat de schapen werden geschoren.

3. Hij heette Nabal en zijn vrouw, een mooie en erg intelligente vrouw, heette Abigaïl. Nabal, een nakomeling van Kaleb, was een harde en ruwe kerel.

4. Toen David hoorde dat Nabal zijn schapen aan het scheren was,

5. stuurde hij tien jonge mannen naar Karmel om hem de volgende boodschap over te brengen: