Het Boek

1 Kronieken 2:16-24 Het Boek (HTB)

16. Hun zusters waren Zeruja en Abigaïl. Zeruja's drie zonen waren Abisaï, Joab en Asaël.

17. Abigaïl was getrouwd met een zekere Jether uit het geslacht van Ismaël, haar zoon was Amasa.

18. Hezrons zoon Kaleb had twee vrouwen, Azuba en Jerioth. Dit waren hun zonen: Jeser, Sobab en Ardon.

19. Na de dood van Azuba trouwde Kaleb met Efrat en bij haar kreeg hij een zoon, die zij Hur noemden.

20. Hurs zoon was Uri en Uri's zoon was Besaleël.

21. Hezron trouwde toen hij zestig jaar was met Machirs dochter en zij bracht een zoon ter wereld: Segub. Machir was tevens de vader van Gilead.

22. Segub was de vader van Jaïr, die drieëntwintig steden in het gebied Gilead in bezit had.

23. Maar Gesur en Aram namen hem die steden af, evenals Kenat met de zestig omliggende dorpen.

24. Kort na de dood van Hezron, in Kaleb-Efrata, baarde zijn vrouw Abia Ashur, de vader van Tekoa.