Het Boek

1 Kronieken 16:8-27 Het Boek (HTB)

8. ‘Loof de Here, bid tot Hem. Verkondig de volken van de wereld zijn machtige daden.

9. Zing Hem toe, prijs Hem met gezang en maak zijn wonderbaarlijke daden bekend.

10. Wees blij om zijn heilige naam en laat wie Hem zoekt, verheugd zijn.

11. Zoek de Here, ja, zoek zijn kracht. Zoek onvermoeid zijn tegenwoordigheid.

12-13. O, nakomelingen van zijn dienaar Israël, uitverkoren zonen van Jakob, gedenk de machtige wonderen die Hij deed en de oordelen die Hij heeft uitgesproken.

14. Hij, de Here, is onze God. Zijn besluiten gelden over de hele aarde.

15. Gedenk toch voor altijd zijn verbond, de woorden die Hij tot geboden maakte voor duizend generaties,

16. zijn overeenkomst met Abraham, zijn eed aan Isaak en zijn bevestiging daarvan aan Jakob.

17. Hij gaf Israël een eeuwige belofte en zei:

18-19. “Ik geef u het land Kanaän als een erfenis voor altijd.” Toen Israël nog maar een klein groepje mensen was, vreemdelingen in het beloofde land,

20. toen zij van land naar land zwierven, van het ene koninkrijk naar het andere,

21. liet God niet toe dat wie dan ook hen kwaad deed. Zelfs koningen die dat probeerden, werden terechtgewezen.

22. “Doe mijn volk, dat aan Mij is toegewijd, geen kwaad.” “Dit zijn mijn profeten, raak hen met geen vinger aan.”

23. Zing voor de Here, o aarde, vertel elke dag van het heil dat Hij ons brengt.

24. Toon zijn eer aan de volken en vertel iedereen van zijn wonderen.

25. Want de Here is groot en moet uitbundig worden geprezen, Hij moet worden geëerd boven alle andere goden.

26. Die andere goden zijn afgoden, maar de Here maakte de hemelen.

27. Majesteit en eer gaan voor Hem uit, kracht en blijdschap heersen in zijn woning.