Het Boek

1 Korinthiërs 15:34-41 Het Boek (HTB)

34. Word nuchter en houd op met zondigen. Tot uw beschaming moet ik zeggen: sommigen van u hebben geen kennis van God.

35. Ik hoor al iemand vragen: ‘Hoe worden de doden dan weer levend gemaakt? En wat voor lichaam hebben zij dan?’

36. Wat een domme vraag! Wat u zaait, komt pas tot leven als het doodgaat.

37. U zaait niet een volgroeide plant, maar een kale graankorrel of iets anders.

38. God laat er de juiste plant uitkomen. Uit het ene zaad komt deze plant en uit het andere zaad die plant.

39. Elk vlees is niet gelijk, er is verschil tussen het vlees van mensen, vee, vogels en vissen.

40. Er zijn hemelse en aardse wezens, en de schoonheid van de hemelse is anders dan die van de aardse.

41. Zon, maan en sterren hebben een verschillende helderheid, en ook de sterren onderling verschillen in lichtsterkte.