BasisBijbel

Zefanja 1:6-13 BasisBijbel (BB)

6. Ik straf al die mensen die Mij niet willen dienen, niet tot Mij willen bidden en niet naar Mij verlangen."

7. [ Zefanja zegt: ] Wees stil voor de Heer! De dag van zijn straf komt eraan. De Heer heeft een offermaaltijd klaargemaakt. Hij heeft zijn gasten al uitgenodigd.

8. [ De Heer zegt: ] "Op die dag straf Ik de koningen en hun zonen en alle mensen die buitenlandse kleren dragen .

9. Ook alle mensen die [ uit bijgeloof ] over de drempel springen en de mensen die het huis van de koning en van de leiders vullen met leugens en geweld.

10. Op die dag zal er een luid geschreeuw te horen zijn in de Vispoort en in de Nieuwstad, zegt de Heer. De heuvels zullen kraken van het geweld.

11. Huil, bewoners van de marktwijk, want alle handelaars worden gedood. Alle mensen die handelen in geld worden vermoord.

12. In die tijd zal Ik Jeruzalem met een lamp doorzoeken. Ik zal al die mannen straffen die dik zijn geworden van het luieren en die bij zichzelf zeggen: 'De Heer doet helemaal niets. Hij doet niets goeds, maar Hij doet ons ook geen kwaad.'

13. Hun rijkdommen zullen worden geroofd en hun huizen verwoest. Ze zullen wel huizen bouwen, maar ze zullen er niet in gaan wonen. Ze zullen wel wijngaarden planten, maar ze zullen er geen wijn van drinken."