24. Wat een vreselijke toestand! Wie kan mij bevrijden van dit 'ik' waar het kwaad in woont dat mij doodt?
25. Prijs God: Jezus Christus!
26. Het zit dus zo: met mijn geest en mijn verstand wil ik graag gehoorzaam zijn aan de wet van God. Maar mijn 'ik' gehoorzaamt aan 'de wet van het kwaad.'