BasisBijbel

Romeinen 3:19-31 BasisBijbel (BB)

19. Nu is het logisch dat de wet [ van Mozes ] spreekt tegen díe mensen voor wie de wet geschreven is[ , namelijk de Joden ]. Zo kan dus niemand beweren dat hij geen schuld heeft. Iedereen zal aan God moeten toegeven dat hij schuldig is en straf verdient.

20. Want niemand kan, door zich precies aan de wet te houden, door God vrijgesproken worden van schuld. De wet zorgt er namelijk niet voor dat mensen gaan leven zoals God het wil. De wet laat hun alleen zien dat ze níet leven zoals God het wil.

21. Nu heeft God een manier gegeven om de mensen vrij te spreken van hun schuld. Maar buiten de wet om. In de wet [ van Mozes ] en in de boeken van de profeten wordt daar al over gesproken.

22. Iedereen kan nu vrijgesproken worden, door te geloven in Jezus Christus. Het maakt voor God niet uit wie of wat je bent.

23. Want álle mensen zijn ongehoorzaam aan God. Daardoor moeten álle mensen leven zonder de heerlijke aanwezigheid van God [ in hun leven ].

24. Maar door Gods liefdevolle goedheid worden ze vrijgesproken van hun schuld. Niet omdat ze dat verdienen, maar dankzij Jezus Christus.

25. God heeft Hém gegeven als manier om de vriendschap tussen God en de mensen te herstellen. Namelijk door Jezus' dood. Mensen die dat geloven, kunnen vergeving krijgen voor wat ze verkeerd gedaan hebben. Eerst heeft God de ongehoorzaamheid van de mensen ongestraft gelaten. Dat was in de tijd vóór Jezus' dood.

26. Maar nu, in deze tijd, laat Hij zien dat Hij wel rechtvaardig is. Zo is Hij nog steeds rechtvaardig als Hij [ buiten de wet om ] mensen vrijspreekt van schuld als ze geloven in Jezus.

27. en

28. Kunnen we dan nog trots zijn op onszelf? Nee, helemaal niet. Waarom niet? Omdat we alleen door geloof vrijgesproken kunnen worden van onze schuld. Niet door ons aan de wet te houden.

29. God is toch niet alleen de God van de Joden? Hij is toch ook de God van de andere volken? Jazeker, ook van de andere volken.

30. Want er is maar één God. Hij spreekt de Joden én de andere mensen vrij van schuld, als ze geloven in Jezus.

31. Zeggen we dan dat de wet geen zin meer heeft, omdat we geloven in Jezus Christus? Nee, juist door hetgeloof bevestigen we de wet.