Psalmen

  1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5
  6. 6
  7. 7
  8. 8
  9. 9
  10. 10
  11. 11
  12. 12
  13. 13
  14. 14
  15. 15
  16. 16
  17. 17
  18. 18
  19. 19
  20. 20
  21. 21
  22. 22
  23. 23
  24. 24
  25. 25
  26. 26
  27. 27
  28. 28
  29. 29
  30. 30
  31. 31
  32. 32
  33. 33
  34. 34
  35. 35
  36. 36
  37. 37
  38. 38
  39. 39
  40. 40
  41. 41
  42. 42
  43. 43
  44. 44
  45. 45
  46. 46
  47. 47
  48. 48
  49. 49
  50. 50
  51. 51
  52. 52
  53. 53
  54. 54
  55. 55
  56. 56
  57. 57
  58. 58
  59. 59
  60. 60
  61. 61
  62. 62
  63. 63
  64. 64
  65. 65
  66. 66
  67. 67
  68. 68
  69. 69
  70. 70
  71. 71
  72. 72
  73. 73
  74. 74
  75. 75
  76. 76
  77. 77
  78. 78
  79. 79
  80. 80
  81. 81
  82. 82
  83. 83
  84. 84
  85. 85
  86. 86
  87. 87
  88. 88
  89. 89
  90. 90
  91. 91
  92. 92
  93. 93
  94. 94
  95. 95
  96. 96
  97. 97
  98. 98
  99. 99
  100. 100
  101. 101
  102. 102
  103. 103
  104. 104
  105. 105
  106. 106
  107. 107
  108. 108
  109. 109
  110. 110
  111. 111
  112. 112
  113. 113
  114. 114
  115. 115
  116. 116
  117. 117
  118. 118
  119. 119
  120. 120
  121. 121
  122. 122
  123. 123
  124. 124
  125. 125
  126. 126
  127. 127
  128. 128
  129. 129
  130. 130
  131. 131
  132. 132
  133. 133
  134. 134
  135. 135
  136. 136
  137. 137
  138. 138
  139. 139
  140. 140
  141. 141
  142. 142
  143. 143
  144. 144
  145. 145
  146. 146
  147. 147
  148. 148
  149. 149
  150. 150

BasisBijbel

Psalmen 36 BasisBijbel (BB)

Psalm 36

1. Van David, de dienaar van de Heer. Voor de leider van het koor.

2. Mensen die zich niets van God aantrekkendoen allerlei slechte dingen.Aan hun daden is te zien dat ze geen enkel ontzag voor God hebben.

3. En als ontdekt wordt wat ze allemaal voor kwaad doen,zijn ze er nog trots op ook.Maar de andere mensen haten het!

4. Want alles wat ze zeggen is leugens en bedrog.Nooit doen ze iets wat verstandig of goed is.

5. 's Nachts in bed bedenken ze hun misdadige plannen.Hun leven is door en door slecht.Ze zeggen nooit 'nee' tegen het kwaad.

6. Heer, zo hoog als de hemel is, zó groot is uw liefde.Uw trouw komt tot aan de hoogste wolken.

7. Uw rechtvaardigheid is zo groot als de hoogste bergen.Uw wijsheid is zo groot als de diepste oceaan.U redt mensen en dieren, Heer.

8. God, wat bent U toch goed en liefdevol!Daarom komen we schuilen onder uw vleugels.

9. U geeft ons een overvloed van goede dingen.U lest onze dorst met uw liefde.

10. Want bij U is de bron van het leven.Als we dicht bij U zijn, weten we hoe we moeten leven:in uw licht zien wij het licht.

11. Wees voor altijd goed en vriendelijkvoor de mensen die U kennen.Wees voor altijd rechtvaardigvoor de mensen die willen leven zoals U het wil.

12. Zorg ervoor dat de mensen die denken dat ze U niet nodig hebben,mij geen kwaad kunnen doen.Zorg ervoor dat ik niet voor hen hoef te vluchten.