BasisBijbel

Openbaring 5:1-6 BasisBijbel (BB)

1. Toen zag ik dat Hij die op de troon zat een boekrol in zijn rechterhand hield. De boekrol was van binnen en van buiten volgeschreven. Hij was met zeven zegels dichtgemaakt.

2. Ik zag ook een sterke engel die luid riep: "Wie is het waard om de zegels los te maken en de boekrol open te maken?"

3. Maar niemand in de hemel, op de aarde of onder de aarde was het waard om de boekrol open te maken en te lezen.

4. Daar moest ik vreselijk om huilen.

5. Toen zei één van de gemeenteleiders tegen mij: "Huil maar niet. Kijk, de Leeuw uit de stam van Juda, de Zoon van David, heeft overwonnen. Daarom mag Hij de zeven zegels losmaken en de boekrol openmaken."

6. Toen zag ik midden op de troon, midden tussen de vier wezens en de 24 gemeenteleiders, een Lam staan. Het was te zien dat het Lam geslacht was. En het had zeven horens op zijn kop en zeven ogen. Dat zijn de zeven Geesten van God die God over de hele aarde uitstuurt.