BasisBijbel

Openbaring 2:2-13 BasisBijbel (BB)

2. Ik weet wat jullie allemaal doen. Ik weet hoe hard jullie werken en hoe goed jullie volhouden. En Ik weet ook dat jullie slechte mensen niet kunnen verdragen. Ik weet dat jullie hebben onderzocht of de mensen die zeggen dat ze boodschappers van God zijn, dat ook werkelijk waren. En jullie hebben ontdekt dat het leugenaars zijn.

3. Ik weet dat jullie het heel erg moeilijk hebben omdat jullie in Mij geloven. Maar jullie hebben volgehouden en hebben niet opgegeven.

4. Maar er is ook iets aan jullie wat Ik níet goed vind: jullie houden niet meer zo veel van Mij als eerst.

5. Kijk eens hoe diep jullie daardoor zijn gevallen. Jullie moeten veranderen en weer dezelfde dingen gaan doen als in het begin. Maar als jullie niet veranderen, zal Ik komen en jullie kandelaar van zijn plaats weghalen.

6. Maar Ik vind het wél heel goed van jullie, dat jullie haten wat de Nikolaïten doen. Want de dingen die zij doen, haat Ik ook.

7. Als je oren hebt, moet je ook goed luisteren naar wat de Geest tegen de gemeenten zegt. Als je overwint, zal Ik je te eten geven van de levensboom die in het paradijs van God staat."

8. [ De Heer zei tegen Johannes: ] "Schrijf aan de engel van de gemeente in Smyrna:Dit zegt Hij die de Eerste en de Laatste is, en die dood is geweest en weer levend is geworden:

9. Ik weet wat jullie allemaal doen. Ik weet dat jullie vervolgd worden en daardoor arm zijn. Maar toch zijn jullie rijk. En Ik weet dat de Joden slechte dingen over jullie zeggen die niet waar zijn. Die mensen noemen zich wel Joden, maar in werkelijkheid zijn ze dienaren van de duivel.

10. Wees niet bang voor wat jullie zullen moeten lijden. De duivel zal sommigen van jullie in de gevangenis gooien, in de hoop dat jullie je geloof zullen opgeven. Tien dagen lang zullen jullie worden verdrukt. Blijf trouw aan Mij, zelfs als je dat je leven zal kosten. Dan zal Ik jullie de levenskroon geven.

11. Als je oren hebt, moet je ook goed luisteren naar wat de Geest tegen de gemeenten zegt. Als je overwint, zul je niet meer met de tweede dood te maken krijgen."

12. [ De Heer zei tegen Johannes: ] "Schrijf aan de engel van de gemeente in Pergamum:Dit zegt Hij die het vlijmscherpe zwaard heeft:

13. Ik weet wat jullie allemaal doen. En Ik weet dat jullie in de plaats wonen waar de duivel zijn troon heeft staan. Maar toch zijn jullie op Mij blijven vertrouwen. Jullie zijn niet gaan doen alsof jullie niet in Mij geloven. Ook niet toen mijn trouwe dienaar Antipas werd vermoord in de plaats waar de duivel zijn troon heeft staan.