BasisBijbel

Numeri 34:10-24 BasisBijbel (BB)

10. In het oosten loopt de grens van Hazar-Enan naar Sefam.

11. Van Sefam naar het zuiden, naar Ribla, ten oosten van Aïn. Daar zal de grens verder naar het zuiden lopen langs de oostkant van de zee Kinnéret.

12. Daar zal de grens verder naar het zuiden gaan langs de Jordaan en eindigen bij de Zoutzee. Dit zullen de grenzen van jullie land zijn."

13. En Mozes beval de Israëlieten: "Dit is het land dat jullie onder elkaar moeten verdelen door er om te loten. Dit is het land dat de Heer aan 9½ stam geeft.

14. Want de stammen van Ruben en Gad en de helft van de stam van Manasse hebben hun eigen gebied al gekregen.

15. Hun eigen gebied is aan de oostkant van de Jordaan, tegenover Jericho."

16. En de Heer zei tegen Mozes:

17. "Dit zijn de namen van de mannen die het land onder jullie moeten verloten: [ ten eerste ] de priester Eleazar en Jozua, de zoon van Nun.

18. Verder moet uit elke stam één leider loten over het stuk grond dat ze zullen bezitten.

19. Dit zijn de namen van die mannen:van de stam van Juda: Kaleb, de zoon van Jefunne.

20. Van de stam van Simeon: Semuël, de zoon van Ammihud.

21. Van de stam van Benjamin: Elidad, de zoon van Kislon.

22. Van de stam van Dan een leider: Bukki, de zoon van Jogli.

23. Van de zonen van Jozef, van de stam van Manasse een leider: Hanniël, de zoon van Efod.

24. Van [ de zonen van Jozef, van ] de stam van Efraïm een leider: Kemuël, de zoon van Siftan.