BasisBijbel

Lukas 2:31-44 BasisBijbel (BB)

31. door wie U alle volken gaat redden.

32. Hij is het Licht voor alle volken. En vanwege Hem zullen de mensen het volk Israël dankbaar zijn."

33. Zijn vader en moeder waren verbaasd over de dingen die Simeon over Jezus zei.

34. Simeon zegende hen en zei tegen Maria: "Veel mensen zullen door Hem ten val komen. Maar veel andere mensen zullen juist door Hem gered worden. Hij zal een teken zijn waar veel mensen niet in zullen willen geloven.

35. Door Hem zullen zelfs de diepst verborgen gedachten van de mensen zichtbaar worden. En voor jou zal het zijn alsof er een zwaard door je hart gaat."

36. Er was daar ook een vrouw die Anna heette. Zij was een profetes, een dochter van Fanuël, uit de stam van Aser. Ze was zeven jaar getrouwd geweest. Toen was haar man gestorven, zodat ze weduwe werd.

37. Nu was ze een oude vrouw van ongeveer 84 jaar. Ze was alle dagen in de tempel. Ze diende God dag en nacht en bad zonder ophouden.

38. Op dat moment kwam zij er ook bij staan en ook zij prees God. En aan alle mensen die op de redding van Jeruzalem wachtten, vertelde ze over Hem.

39. Jozef en Maria deden alles wat ze volgens de wet van de Heer God moesten doen. Daarna gingen ze terug naar hun stad Nazaret in Galilea.

40. Het kind groeide op en werd sterk. Hij was vol wijsheid en God was in alle dingen goed voor Hem.

41. Jezus' ouders reisden elk jaar naar Jeruzalem om daar het Paasfeest te vieren.

42. Toen Jezus twaalf jaar oud was, reisden zijn ouders weer zoals elk jaar naar Jeruzalem.

43. Na de feestdagen gingen zijn ouders weer naar huis. Maar Jezus bleef in Jeruzalem achter. Zijn ouders hadden dat niet gemerkt.

44. Ze dachten dat Hij meeliep met de andere mensen die ook naar huis terugreisden. Zo reisden ze één dag en zochten Hem intussen bij familie en kennissen.