BasisBijbel

Lukas 19:3-14 BasisBijbel (BB)

3. Hij probeerde te zien wie Jezus was. Maar dat lukte niet, want hij was klein en er waren te veel mensen.

4. Daarom liep hij hard vooruit en klom in een vijgenboom die op een plek stond waar Jezus voorbij zou komen. Dan zou hij Jezus kunnen zien.

5. Toen Jezus bij de boom kwam, keek Hij omhoog en zei tegen Zacheüs: "Zacheüs, kom vlug naar beneden. Want Ik moet vandaag bij jou op bezoek komen."

6. Zacheüs kwam vlug naar beneden en ontving Hem blij als gast in zijn huis.

7. Toen de mensen dat zagen, mopperden ze allemaal en zeiden: "Hij is bij een slecht mens op bezoek."

8. Maar Zacheüs ging staan en zei tegen de Heer Jezus: "Heer, ik ga de helft van alles wat ik heb aan de arme mensen geven. En als ik iemand te veel belasting heb laten betalen, betaal ik hem vier keer zoveel terug."

9. Jezus zei tegen hem: "Vandaag is deze man gered, omdat ook hij een zoon van Abraham is.

10. Want de Mensenzoon is gekomen om mensen die [ bij God ] weggelopen waren, te zoeken en te redden."

11. Jezus vertelde de luisterende mensen nog iets in de vorm van een verhaal. Want Hij was nu dicht bij Jeruzalem en iedereen dacht dat dan het Koninkrijk van God zou komen.

12. Hij zei: "Er was een edelman die naar een ver land moest. Daar zou hij tot koning worden gekroond. Daarna zou hij weer terugkomen.

13. Hij riep tien van zijn dienaren bij zich en gaf hun elk één pond [ (= 100 daglonen) ]. Hij zei tegen hen: 'Doe hiermee zaken voor mij, totdat ik terugkom.'

14. De mensen van zijn stad haatten hem. Ze stuurden hem boodschappers achterna die moesten zeggen: 'We willen niet dat deze man koning over ons wordt.'