BasisBijbel

Lukas 11:7-12 BasisBijbel (BB)

7. En stel dat die vriend dan zou zeggen: 'Stoor me niet! De deur is al dicht en we liggen allemaal al in bed. Ik kan je nu geen brood geven.'

8. Ik zeg jullie: zelfs al wil hij eigenlijk niet opstaan om je die broden te geven, toch zal hij ze je geven. Hij zal je zoveel geven als je nodig hebt. Niet omdat je zijn vriend bent, maar omdat je zo brutaal bent geweest.

9. Daarom zeg Ik jullie: bid, want dan zul je krijgen. Zoek, want dan zul je vinden. Klop, want dan zal er voor je worden opengedaan.

10. Want iedereen die bidt, zal krijgen. En iedereen die zoekt, zal vinden. En voor iedereen die klopt, zal worden opengedaan.

11. Geen één vader geeft toch zijn zoon een steen als hij om een brood vraagt? Of een slang als hij om een vis vraagt?

12. Of een schorpioen als hij om een ei vraagt?