BasisBijbel

Leviticus 5:7-12 BasisBijbel (BB)

7. Maar als iemand te arm is om een schaap of geit te offeren, moet hij twee duiven aan Mij offeren: de ene duif als vergevings-offer en de andere duif als brand-offer.

8. Hij moet ze naar de priester brengen. De eerste duif is voor een vergevings-offer. De priester moet het dier de kop omdraaien, maar de kop er niet aftrekken.

9. Hij moet een deel van het bloed tegen de zijkant van het altaar sprenkelen. De rest van het bloed moet hij aan de voet van het altaar uit het lijfje drukken. Het is een vergevings-offer.

10. De tweede duif is voor een brand-offer. De priester moet het dier offeren volgens de regels van de brand-offers. Zo moet de priester voor hem om vergeving vragen, en de man zal vergeving krijgen.

11. Maar als iemand te arm is voor twee duiven, dan moet hij 1/10 efa [ (2,2 liter) ] fijn meel aan Mij offeren. Hij mag er geen olijf-olie op gieten en er geen wierook bij doen, want het is een vergevings-offer.

12. Hij moet het naar de priester brengen. De priester moet er een handvol van nemen en dat op het altaar verbranden. Dat betekent dat het hele offer aan Mij is gegeven, ook al wordt er maar een deel van verbrand. Het is een vergevings-offer.