BasisBijbel

Jozua 19:6-19 BasisBijbel (BB)

6. Bet-Lebaot en Saruhen.

7. Samen 13 steden, met de dorpen die daarbij hoorden.

8. Verder Aïn, Rimmon, Eter en Asan. Samen vier steden, met de dorpen die daarbij hoorden. Ze kregen dus ook alle dorpen die rondom deze steden lagen, tot aan Baälat-Beër (dat is Zuid-Ramat). Dit was het gebied dat werd verdeeld onder de families van de stam van Simeon.

9. Dit gebied was afgehaald van het gebied van de stam van Juda, omdat hun gebied te groot voor hen was.

10. Het derde lot viel op de stam van Zebulon. De grens van hun gebied liep tot Sarid.

11. Vandaar liep de grens in westelijke richting omhoog naar Marala, daarna naar Dabbeset en vandaar tot de beek tegenover Jokneam.

12. Vanaf Sarid recht naar het oosten, via Kislot-Tabor naar Dobrat en omhoog naar Jafia.

13. Vandaar recht naar het oosten naar Gat-Hefer, Et-Kazin en Rimmon-Metohar. Dan in een boog om Nea heen,

14. langs de noordkant van Hannaton, tot aan het dal van Jifta-El.

15. Bij hun gebied hoorden de steden Kattat, Nahalal, Simron, Jidala en Betlehem. Samen twaalf steden, met de dorpen die daarbij hoorden.

16. Dit was het gebied dat werd verdeeld onder de families van de stam van Zebulon, met de steden en de dorpen die bij die steden hoorden.

17. Het vierde lot viel op de stam van Issaschar. In hun gebied lagen de volgende steden:

18. Jizreëla, Kesullot, Sunem,

19. Hafaraïm, Sion, Anacharat,