BasisBijbel

Jozua 19:33-48 BasisBijbel (BB)

33. De grens van hun gebied liep van Helef en Allon naar Zaänannim en Adami-Nekeb, Jabneël en Lakkum, tot aan de Jordaan.

34. Vandaar naar het westen, naar Asnot-Tabor en naar Hukkok, tot aan het gebied van Zebulon in het zuiden, het gebied van de stam van Aser in het westen en tot aan Juda aan de Jordaan in het oosten.

35. De steden die ze kregen waren Ziddim, Zer, Hammat, Rakkat,

36. Kinneret, Adama, Rama, Hazor,

37. Kedes, Edreï, En-Hazor, Jiron,

38. Migdal-El, Horem, Bet-Anat en Bet-Semes. Samen 19 steden, met de dorpen die daarbij hoorden.

39. Dit waren het gebied, de steden en de dorpen die werden verdeeld onder de families van de stam van Naftali.

40. Het zevende lot viel op de stam van Dan. In hun gebied lagen de volgende steden:

41. Zora, Estaol, Ir-Semes, Saälabbin,

42. Ajalon, Jitla, Elon,

43. Timnata, Ekron, Elteké,

44. Gibbeton, Baälat, Jehud,

45. Bené-Berak, Gat-Rimmon, Mé-Jarkon en Rakkon,

46. en het gebied rond Jafo.

47. Omdat de stam van Dan dat gebied te klein vond, veroverden ze Lesem, doodden alle bewoners en gingen er wonen. Ze gaven aan de stad Lesem de naam Dan, naar hun voorvader Dan.

48. Dit waren het gebied, de steden en de dorpen die werden verdeeld onder de families van de stam van Dan.