BasisBijbel

Jozua 10:1-5 BasisBijbel (BB)

1. Adoni-Zedek, de koning van Jeruzalem, hoorde dat Jozua Ai had veroverd en verwoest. En dat hij iedereen had gedood, net zoals bij Jericho. Ook hoorde hij dat de bewoners van Gibeon vriendschap hadden gesloten met Israël en in het land mochten blijven wonen.

2. Toen werden hij en de bewoners van Jeruzalem erg bang. Want Gibeon was een grote stad. Gibeon was wel zo groot als de steden die een eigen koning hadden. Het was zelfs nog groter dan Ai en werd bewoond door dappere mannen.

3. Daarom stuurde Adoni-Zedek (de koning van Jeruzalem) aan Hohan (de koning van Hebron), Pir-Am (de koning van Jarmut), Jafia (de koning van Lachis), en Debir (de koning van Eglon) deze boodschap:

4. "Kom met jullie legers naar mij toe. Dan zullen we samen Gibeon ervoor straffen dat het vriendschap heeft gesloten met Jozua en de Israëlieten."

5. Toen verzamelden deze vijf koningen van de Amorieten hun legers. Samen vielen ze Gibeon aan en omsingelden de stad.