BasisBijbel

Johannes 8:5-14 BasisBijbel (BB)

5. Mozes heeft in de wet gezegd dat zo iemand met stenen doodgegooid moet worden.

6. Wat vindt U dat er met haar moet gebeuren?" Ze vroegen dat, omdat ze hoopten dat Hij iets verkeerds zou zeggen. Ze wilden Hem ervan kunnen beschuldigen dat Hij Zich niet aan de wet hield[ , want dan konden ze Hem gevangen nemen ]. Maar Jezus bukte Zich en schreef met zijn vinger in het zand.

7. Maar ze bleven verder vragen. Daarom kwam Hij overeind en zei tegen hen: "Wie van jullie is nooit ongehoorzaam aan God? Laat híj als eerste een steen naar haar gooien."

8. Toen bukte Hij Zich weer en schreef verder op de grond.

9. Maar toen ze dat hoorden, drong het tot hen door dat ze zelf ook niet altijd leefden zoals God het wil. Ze gingen één voor één weg, de leiders het eerst. De vrouw bleef alleen achter in de kring van mensen rondom Jezus.

10. Jezus kwam overeind en zag dat ze waren weggegaan. Hij vroeg haar: "Vrouw, waar zijn die mannen gebleven die jou beschuldigden? Heeft niemand van hen je veroordeeld?" En ze zei: "Nee Heer, niemand."

11. Jezus zei: "Ik veroordeel je ook niet. Ga naar huis en doe geen verkeerde dingen meer!"

12. Jezus begon weer les te geven. Hij zei: "IK BEN het licht voor de mensen. Iemand die Mij volgt, hoeft nooit meer in het donker te leven. Hij zal wandelen in het licht dat leven geeft."

13. De Farizeeërs zeiden tegen Hem: "U zegt dat over Uzelf. Dat is niet genoeg. Dan is het misschien niet waar."

14. Jezus antwoordde: "Ook al zeg Ik dat over Mijzelf, toch is het waar. Want Ik weet waar Ik vandaan kom en waar Ik heen ga. Maar jullie weten niet waar Ik vandaan kom of waar Ik heen ga.