BasisBijbel

Johannes 7:14-27 BasisBijbel (BB)

14. Maar toen het feest al op de helft was, ging Jezus naar de tempel. Daar begon Hij les te geven.

15. De Joodse leiders waren heel verbaasd over Hem en zeiden tegen elkaar: "Hoe kan het dat deze Man zoveel van de Boeken weet, zonder dat Hij heeft gestudeerd?"

16. Jezus antwoordde: "Wat Ik zeg, weet Ik niet van Mijzelf. Ik weet het van Hem die Mij heeft gestuurd.

17. Mensen die ernaar verlangen om altijd te doen wat God wil, zullen weten of wat Ik zeg van God komt, of dat Ik het Zelf bedacht heb.

18. Iemand die zijn eigen ideeën brengt, wil graag zelf geprezen worden. Maar iemand die wil dat de persoon die hem heeft gestuurd, geprezen wordt, is eerlijk en heeft geen oneerlijke bedoelingen.

19. Mozes heeft jullie toch de wet gegeven? Toch doen jullie geen van allen wat de wet van Mozes zegt. Want waarom willen jullie Mij doden?"

20. De mensen zeiden: "U bent gek. Wie wil U dan doden?"

21. Jezus antwoordde: "Als Ik één ding doe, zijn jullie al boos.

22. Mozes heeft jullie gezegd dat jullie pasgeboren jongetjes moeten besnijden, zelfs als het de heilige rustdag is. Dat deden onze voorouders trouwens al lang vóórdat Mozes dat zei.

23. Iemand mag dus op de heilige rustdag besneden worden, omdat dat moet van de wet van Mozes. Waarom zijn jullie dan boos op Mij, als Ik op de heilige rustdag iemand helemaal gezond maak?

24. Veroordeel iets niet onmiddellijk, maar denk er eerst eerlijk over na voordat jullie je mening geven."

25. Sommige Jeruzalemmers zeiden: "Dat is toch die Man die ze willen doden?

26. En moet je zien, nu is Hij daar zomaar aan het lesgeven en ze houden Hem niet tegen. Zouden onze leiders hebben begrepen dat Hij de Messias is?

27. Aan de andere kant: hoe zou Hij de Messias kunnen zijn? Want we weten waar deze Man vandaan komt. Maar volgens de Boeken zullen we niet weten waar de Messias vandaan komt."