BasisBijbel

Johannes 6:38-53 BasisBijbel (BB)

38. Want Ik ben niet uit de hemel gekomen om te doen wat Ik Zelf wil, maar om te doen wat God wil. Want Hij heeft Mij gestuurd.

39. En Hij wil dat er niemand verloren gaat van de mensen die Hij Mij heeft gegeven. Hij wil dat Ik hen allemaal op de laatste dag uit de dood terugroep en weer levend maak.

40. Want mijn Vader wil dat iedereen die Mij ziet en in Mij gelooft, het eeuwige leven zal hebben. En Ik zal hem op de laatste dag uit de dood terugroepen en weer levend maken."

41. De Joden mopperden erover dat Hij had gezegd dat Hij het echte brood uit de hemel was.

42. Ze zeiden tegen elkaar: "Dit is toch Jezus, de zoon van Jozef? We kennen zijn vader en moeder toch? Hoe kan Hij dan zeggen dat Hij uit de hemel is gekomen?"

43. Jezus zei tegen hen: "Mopper maar niet tegen elkaar.

44. Iemand kan alleen naar Mij toe komen als de Vader hem helpt. En dan zal Ik hem op de laatste dag weer levend maken.

45. In de Boeken van de profeten staat: 'En ze zullen allemaal God leren kennen.' Iedereen die naar de Vader heeft geluisterd en Hem heeft leren kennen, zal naar Mij toe komen.

46. Ik bedoel niet dat iemand de Vader gezien heeft. Alleen de Man die bij God vandaan komt, heeft de Vader gezien.

47. Luister goed! Ik zeg jullie: als jullie in Mij geloven, hebben jullie het eeuwige leven.

48. IK BEN het brood dat leven geeft.

49. Jullie voorouders hebben in de woestijn manna gegeten en ze zijn uiteindelijk gestorven.

50. Maar het brood dat uit de hemel is gekomen, is anders. Als je daarvan eet, zul je niet meer sterven.

51. IK BEN dat levende brood dat uit de hemel gekomen is. Als je van dit brood eet, zul je eeuwig leven. Dat brood is mijn lichaam. Ik geef mijn lichaam om aan alle mensen leven te geven."

52. De Joden begonnen ruzie met elkaar te maken en zeiden: "Hoe kan Hij nou zijn lichaam aan ons te eten geven?"

53. Jezus zei: "Luister goed! Als jullie niet van het lichaam van de Mensenzoon eten, en niet van zijn bloed drinken, is er geen leven in jullie.