BasisBijbel

Johannes 2:11-19 BasisBijbel (BB)

11. Dit was het eerste wonder dat Jezus deed. Het gebeurde in Kana in Galilea. Dat wonder liet zien hoe machtig Hij is. En zijn leerlingen geloofden in Hem.

12. Daarna ging Hij naar Kapernaüm, met zijn moeder, zijn broers en zijn leerlingen. Daar bleven ze een paar dagen.

13. Het was bijna de tijd van het Joodse Paasfeest . Daarom reisde Jezus naar Jeruzalem, om daar het Paasfeest te vieren.

14. Hij ging naar de tempel en zag daar de verkopers van koeien, schapen en duiven [ voor de offers ] en de geldwisselaars.

15. Hij maakte van touw een zweep. Daarmee joeg Hij hen met al hun schapen en koeien de tempel uit. Het geld van de geldwisselaars gooide Hij op de grond en hun tafels keerde Hij om.

16. En tegen de duivenverkopers zei Hij: "Ga weg en neem al je spullen mee! Jullie hebben van mijn Vaders huis een markt gemaakt!"

17. Toen herinnerden zijn leerlingen zich dat er in de Boeken staat: 'Voor uw huis zal Ik alles willen doen.'

18. De Joden zeiden tegen Hem: "Hoe durft U dit te doen? Bewijs maar eens dat U dit mag!"

19. Jezus antwoordde: "Breek deze tempel af en binnen drie dagen zal Ik hem weer opbouwen."