BasisBijbel

Johannes 1:8-25 BasisBijbel (BB)

8. Hij was niet zelf het Licht, maar hij kwam om over het Licht te vertellen.

9. Want Hij die het echte Licht was, zou bijna komen. En het geeft aan ieder mens licht.

10. Hij had de aarde gemaakt en was nu Zelf naar de aarde gekomen. Maar de mensen herkenden Hem niet.

11. Hij kwam naar de mensen die Hij Zelf had gemaakt, maar ze wilden niet in Hem geloven.

12. Maar aan alle mensen die wél in Hem geloven, heeft Hij het recht gegeven om kinderen van God te worden. [ Ze worden opnieuw geboren. ]

13. Ze worden dan niet uit vlees en bloed geboren, en niet door de verlangens van een man, maar hun geest wordt geboren uit God.

14. Het Woord werd een mens en Hij heeft bij ons gewoond. We hebben gezien hoe geweldig en machtig Hij is: Hij, Gods enige Zoon, met dezelfde macht als de Vader, liefdevol, vriendelijk, en vol van waarheid.

15. Johannes [ de Doper ] zei van Hem: "Dit is de man over wie ik het had. Hém bedoelde ik toen ik zei: 'De man die na mij komt, is belangrijker dan ik,' want Hij was er al voordat ik werd geboren."

16. Hij is één en al liefde, vriendelijkheid en goedheid. Daarom is Hij ook eindeloos liefdevol, vriendelijk en goed voor ons allemaal.

17. Door Mozes hebben we de wet gekregen[ , die ons leert wat God van ons vraagt ]. Door Jezus Christus zijn Gods liefde, vriendelijkheid, goedheid en waarheid naar ons toe gekomen.

18. Niemand heeft ooit God gezien. Maar zijn Enige Zoon, die helemaal één met Hem is, heeft ons laten zien wie God is.

19. De Joodse leiders stuurden priesters en Levieten naar Johannes toe. Ze moesten hem vragen wie hij nu eigenlijk was.

20. Op die vraag antwoordde hij eerlijk: "Ik ben niet de Messias ."

21. Toen vroegen ze hem: "Wie ben je dan? Ben je Elia ?" Maar Johannes zei: "Nee, ook niet Elia." "Ben je dan de profeet?" Hij antwoordde: "Nee."

22. "Maar wie ben je dan? Wat moeten we zeggen tegen de mensen die ons hebben gestuurd? Hoe noem je jezelf?"

23. Johannes antwoordde: "Ik ben de man over wie de profeet Jesaja al heeft gesproken. Ik ben de man die in de woestijn roept: 'Maak de weg vrij voor de Heer!' "

24. Er waren ook een paar Farizeeërs naar hem gestuurd.

25. Ze vroegen hem: "Waarom doop je dan, als je niet de Messias of Elia of de profeet bent?"