BasisBijbel

Johannes 14:1-13 BasisBijbel (BB)

1. [ Jezus zei: ] "Wees niet verdrietig. Jullie geloven in God. Geloof nu ook in Mij.

2. In het huis van mijn Vader is plaats voor heel veel mensen. Als dat niet zo was, zou Ik het jullie hebben gezegd. Ik ga daarheen om alles voor jullie klaar te maken. Daarna kunnen jullie ook komen.

3. Wanneer Ik ben weggegaan en alles voor jullie heb klaargemaakt, kom Ik terug om jullie op te halen. Dan zullen jullie zijn waar Ik ben.

4. Jullie weten waar Ik naartoe ga, en jullie weten de weg daarheen."

5. Tomas zei tegen Hem: "Heer, we weten niet waar U naartoe gaat. Hoe kunnen we dan de weg weten?"

6. Jezus zei tegen hem: "IK BEN de weg en de waarheid en het leven. Alleen door Mij kun je bij de Vader komen.

7. Als jullie Mij kenden, zouden jullie ook mijn Vader kennen. Vanaf nu kennen jullie Hem en zien jullie Hem."

8. Filippus zei tegen Hem: "Heer, laat ons de Vader zien. Dan zijn we tevreden."

9. Jezus zei tegen hem: "Nu ben Ik al zó lang bij jullie, Filippus, en ken je Mij nu nog niet? Als je Mij hebt gezien, héb je de Vader gezien. Waarom zeg je dan: 'Laat ons de Vader zien'?

10. Geloof je dan niet dat Ik één ben met de Vader en dat de Vader één is met Mij? Wat Ik tegen jullie zeg, zijn niet mijn eigen woorden. De Vader, die één met Mij is, doet zijn werk door Mij heen.

11. Geloof Mij als Ik zeg dat Ik één ben met de Vader en dat de Vader één is met Mij. En als je niet gelooft wat Ik zég, geloof Mij dan om wat je Mij ziet dóen.

12. Luister goed! Ik zeg jullie: iedereen die in Mij gelooft, zal dezelfde dingen doen als Ik. Hij zal zelfs nog geweldiger dingen doen.

13. Want Ik ga naar de Vader en alles wat jullie [ aan de Vader ] vragen omdat jullie bij Mij horen, zal Ik doen. Want daardoor zal te zien zijn hoe machtig de Vader in Mij is.