BasisBijbel

Job 6:7-16 BasisBijbel (BB)

7. Wat heb ik aan jouw woorden?Ze zijn als eten zonder zout! Ik hoef ze niet!

8. Waarom luistert God niet naar mijn gebed?Waarom geeft Hij mij niet waar ik zo naar verlang?

9. Verpletterde God mij maar in één keer!Liet Hij mij maar eindelijk los en maakte Hij er een eind aan!

10. Dat zou mij troosten en mij blij maken.Het zou wel pijn doen, maar ik zou blij zijn.Want ondanks alles ben ik nooit ontrouw aan Hem geweest.

11. Ik heb geen kracht meer over.Ik heb niets meer te verwachten.Waarom zou ik nog langer willen leven?

12. Ik ben toch niet van steen?Mijn lichaam is toch niet van koper?

13. Ik ben helemaal hulpeloos.Ik weet me geen raad meer.

14. Een mens die geen medelijden toont met een vriend in nood,heeft geen ontzag voor de Almachtige God.

15. Ik kan niet vertrouwen op mijn vrienden.Ze zijn zo onbetrouwbaar als het water in een beek.

16. Eerst bruist de beek vol van water,als het ijs en de sneeuw op de bergen smelten.