BasisBijbel

Job 40:11-20 BasisBijbel (BB)

11. Kijk eens wat een sterke poten hij heeft.Kijk eens wat een gespierde buik!

12. Hij heeft een staart als een cederboom.De spieren op zijn dijbenen zijn te zien.

13. Zijn ribben zijn zo sterk als koperen buizen,zijn botten zo sterk als ijzeren staven.

14. Het is één van de geweldigste dieren die Ik heb gemaakt.Alleen Ikzelf kan hem bedwingen.

15. Hij leeft van wat er groeit in de bergen,waar de wilde dieren spelen.

16. Hij verschuilt zich in de schaduw van de bomen,tussen het riet van het moeras.

17. De boomtakken geven hem schaduw.Hij ligt midden tussen de wilgen.

18. Al stroomt de rivier nog zo snel, hij is er niet bang voor.Hij zou de hele rivier wel kunnen opdrinken.

19. Wie durft hem bij de kop te grijpen?Wie durft een ring door zijn snuit te halen om hem te vangen?

20. Kun jij een leviatan met een vishaak optrekken?Kun jij hem met een hengel uit het water halen?