BasisBijbel

Job 3:5-10 BasisBijbel (BB)

5. Die dag had opgeslokt moeten worden door de nacht.Hij had helemaal donker moeten blijven,een dikke wolk had hem moeten bedekken.Was het maar donker gebleven, dan was die dag er nooit gekomen.

6. Was die dag de zon maar niet opgegaan.Dan was die dag er nooit geweest.Dan was hij niet op de kalender voorgekomen.

7. Was ik die nacht maar niet geboren.Was er die nacht maar niemand blij geweest over mijn geboorte.

8. Laten de mensen die dag maar vervloeken.De tovenaars die met hun kunsten het zeemonster kunnen beheersen,mogen van mij die dag vervloeken.

9. Waren de morgensterren die dag maar niet opgekomen.Dan had die dag vergeefs op het licht gewacht.Dan had hij nooit de eerste zonnestralen gezien.

10. Maar helaas, die nacht werd ik geboren.Niemand hield mijn geboorte tegen.En zo begon mijn ellendig leven.