1. Ik heb een hekel aan het leven gekregen.Ik wil net zo lang klagen als ik zelf wil.Ik wil laten horen hoe verdrietig ik ben.
2. Ik zal tegen God zeggen: "Veroordeel mij niet zomaar!Laat me weten waarom U zo boos op mij bent!"
3. Heeft U er zelf iets aan om het mij zo moeilijk te maken?U heeft mij zelf gemaakt.Waarom laat U mij dan nu in de steek?Maar U bent wél goed voor de mensen die zich niets van U aantrekken!
4. Heeft U dan mensenogen?Kijkt U naar de mensen zoals mensen dat doen?
5. Leeft U soms net zo kort als wij?Telt uw leven niet méér jaren dan dat van een mens?
6. Waarom zoekt U dan naar wat ik verkeerd heb gedaan?Waarom zoekt U iets waarin ik U ongehoorzaam ben geweest?
7. Want dat doet U, terwijl U weet dat ik niet schuldig ben.En U weet ook dat niemand mij kan helpen aan U te ontkomen.
8. U heeft mij met uw eigen handen gemaakt.Maar diezelfde handen doen mij nu zoveel pijn!U vernietigt me!
9. Bedenk toch dat U mij als klei hebt gevormd.Ik ben van het stof gemaakt en zal ook weer stof worden.
10. Net zoals melk wordt uitgegoten en tot kaas wordt gevormd,zo heeft U mij gevormd van het stof.