BasisBijbel

Jeremia 9:6-19 BasisBijbel (BB)

6. Leugen wordt op leugen gestapeld. Bedrog op bedrog. En Mij willen ze niet kennen, zegt de Heer.

7. Daarom zegt de Heer van de hemelse legers: Ik zal hen smelten zoals je goud smelt. Ik kijk of er nog iets goeds in hen te vinden is. Want wat moet Ik anders doen met Jeruzalem?

8. Hun tong is zo dodelijk als een pijl. Eén en al leugens en bedrog. De mensen praten vriendelijk tegen elkaar. Maar in gedachten bedenken ze hoe ze de ander kunnen beroven.

9. Zou Ik hen daar soms niet voor straffen? zegt de Heer. Kan Ik zo'n volk dan zomaar zijn gang laten gaan?"

10. [ Jeremia zegt: ] "Ik wil een treurlied zingen over de bergen. Ik zal huilen over de graslanden in de dalen. Want ze zijn afgebrand. Alles is zo doods als een woestijn. Er is niemand meer. Er is geen geblaat van vee meer te horen. Alle vogels en dieren zijn verdwenen."

11. [ De Heer zegt: ] "Ik zal Jeruzalem veranderen in een hoop stenen. Het zal een plek worden waar de jakhalzen komen schuilen. Ik zal de steden van Juda helemaal verwoesten. Er zal niemand meer wonen."

12. [ Jeremia zegt: ] "Wie is wijs genoeg om dit te begrijpen? Kan degene tegen wie de Heer dit gezegd heeft het ook uitleggen? Waarom is het land vernietigd en verbrand? Waarom is het land zo doods geworden als een woestijn? Waarom woont er niemand meer?"

13. De Heer zegt: "Omdat ze zich niet gehouden hebben aan de wet die Ik hun had gegeven. Omdat ze niet naar Mij hebben willen luisteren en niet hebben geleefd zoals Ik het wil.

14. Omdat ze koppig en ongehoorzaam hebben gedaan wat ze zelf wilden. Omdat ze andere goden hebben aanbeden. Dat hebben ze van hun ouders geleerd.

15. Daarom laat Ik hen bittere kruiden eten en bittere gal drinken, zegt de Heer van de hemelse legers, de God van Israël.

16. Ik zal hen verspreiden onder andere volken die zij en hun ouders niet kenden. En Ik zal hun vijanden achter hen aan sturen, totdat Ik hen helemaal vernietigd heb."

17. Dit zegt de Heer van de hemelse legers: "Let op en roep de klaagvrouwen!

18. Zorg dat ze zo gauw mogelijk komen. Vraag hun om treurliederen voor jullie te zingen. Laat de tranen over jullie wangen stromen.

19. Want uit Jeruzalem is gehuil en gejammer te horen: 'De stad is vernietigd! We zijn verloren! We moeten ons land verlaten! Ze hebben al onze steden verwoest!'