BasisBijbel

Jeremia 32:25-31 BasisBijbel (BB)

25. Toch zegt U tegen mij, Heer, dat ik die akker moet kopen voor de prijs die ervoor gevraagd werd, en de koopbrief door getuigen moet laten ondertekenen. Maar waarom? Want U heeft de stad in de macht van de Babyloniërs gegeven!"

26. Toen antwoordde de Heer mij:

27. "Ik ben de Heer, de God van alle mensen. Zou voor Mij iets te wonderlijk zijn?

28. Daarom zeg Ik: Ik geef deze stad in de macht van de Babyloniërs en van hun koning Nebukadnezar. Jeruzalem zal veroverd worden.

29. Het leger van de Babyloniërs zal de stad binnen komen en in brand steken. Alle huizen waarop de mensen brand-offers en wijn-offers hebben gebracht voor Baäl en andere goden, zullen afbranden. Want ze hebben Mij heel erg kwaad gemaakt met die offers.

30. De bewoners van het koninkrijk Israël en de bewoners van het koninkrijk Juda hebben hun hele leven altijd alles gedaan wat Ik verboden heb. Ze hebben Mij aldoor woedend gemaakt met alles wat ze deden, zegt de Heer.

31. Sinds de dag dat ze deze stad hebben gebouwd, hebben de bewoners Mij kwaad gemaakt. Nu doe Ik haar uit mijn ogen weg.