BasisBijbel

Jakobus 4:10-17 BasisBijbel (BB)

10. Laat zien dat jullie [ spijt hebben en ] de Heer willen gaan gehoorzamen. Dan zal Hij ervoor zorgen dat het weer goed met jullie gaat.

11. Zeg geen slechte dingen over elkaar, broeders en zusters. Als je slechte dingen over je broeders en zusters zegt of over hen oordeelt, oordeel je eigenlijk over de wet van God. Dan doe je alsof je rechter van de wet bent. Maar het is jullie zaak om de wet te dóen, niet om de wet te oordelen.

12. Want er is maar één Wetgever en Rechter. Dat is Hij die de macht heeft om te redden of te veroordelen. Wat verbeelden jullie je wel, dat jullie denken over andere mensen te mogen oordelen?

13. Jullie verbeelden je veel te veel. Want jullie zeggen ook: "Vandaag of morgen gaan we op reis naar die-en-die stad. Daar blijven we dan een jaar om zaken te doen en veel geld te verdienen."

14. Maar jullie weten niet eens hoe je leven er morgen uit zal zien! Want een mens lijkt op een mistwolk: een poosje is hij er, en dan is hij weer verdwenen.

15. Jullie zouden beter kunnen zeggen: "Als de Heer het wil en als wij nog leven, gaan we dit of dat doen."

16. Maar nu zitten jullie op te scheppen en verbeelden jullie je heel wat. Dat is verkeerd.

17. Als iemand weet wat hij voor goeds zou moeten doen, maar het toch niet doet, is hij ongehoorzaam aan God.