BasisBijbel

Hosea 4:13-19 BasisBijbel (BB)

13. Ze brengen offers op de bergtoppen. Onder eiken, populieren en dennen op de heuvels offeren ze, omdat het er zo prettig is in de schaduw. Omdat zij dat doen, gaan ook hun dochters en schoondochters met allerlei mannen naar bed.

14. Toch zal Ik hén daar niet voor straffen. Want ze weten niet beter: ze gaan om met hoeren en brengen met hen offers aan de afgoden. Ja, het loopt verkeerd af met mijn volk, omdat het mijn wetten en leefregels niet kent.

15. Ook al ben jij ontrouw aan Mij, Israël, laat Juda dan alsjeblieft niet hetzelfde doen! Juda, ga alsjeblieft niet naar Gilgal! Ga niet naar Bet-Aven [ (= Bet-El) ]! Zeg niet langer: 'Ik zweer bij de Heer' [ als je intussen andere goden dient ].

16. Israël gedraagt zich als een koppige en eigenwijze jonge koe. Hoe kan de Heer hem dan hoeden als een lam in het veld?

17. Israël is gek op zijn afgodsbeelden. Laat hem dan nu maar aan zijn lot over.

18. De drank is op! Ze gaan aldoor maar met allerlei vrouwen naar bed. Hun leiders houden maar van één woord: 'Geef!' Wat een schande!

19. Een stormwind zal hen wegblazen. Omdat ze offers brengen aan afgoden zal het slecht met hen aflopen."