BasisBijbel

Hebreeën 12:18-24 BasisBijbel (BB)

18. De Israëlieten in de woestijn waren [ bij de berg Sinaï ] bij een groot vuur gekomen, met een donkere wolk en donder en bliksem. Maar jullie niet.

19. Ook hebben jullie niet zoals zij een ramshoorn horen blazen en een stem gehoord. Maar het volk Israël in de woestijn hoorde een stem. Daar werden ze zó bang van, dat ze vroegen of Hij wilde ophouden met spreken.

20. Ze waren zo bang omdat God had gezegd: "Zelfs als een dier de berg aanraakt, moet het met stenen of met een pijl gedood worden."

21. En Mozes was zó onder de indruk van wat hij zag, dat hij zei: "Ik beef helemaal van angst."

22. Maar jullie zijn gekomen bij de berg Sion , bij de stad van de levende God, het hemelse Jeruzalem. En bij ontelbare engelen,

23. en bij de feestelijke en plechtige bijeenkomst van Gods oudste kinderen die in de hemel opgeschreven staan [ in het Boek van het Leven ]. Jullie zijn gekomen bij God, de Rechter van alle mensen. En bij de geesten van de mensen die hebben geleefd zoals God het wil en die in de hemel al volmaaktheid hebben gekregen.

24. Jullie zijn gekomen bij Jezus, door wie God een nieuw verbond heeft gesloten. En bij het bloed waarmee jullie zijn besprenkeld en dat een betere boodschap brengt dan [ het bloed van ] Abel.