BasisBijbel

Hebreeën 10:19-36 BasisBijbel (BB)

19. Broeders en zusters, door het [ geofferde ] bloed van Jezus kunnen we nu dus zonder vrees en vol geloof het [ hemelse ] heiligdom binnengaan.

20. Jezus is de nieuwe en levende weg naar God. Over die nieuwe weg kunnen we naar God gaan, achter het gordijn dat voor de [ hemelse ] allerheiligste kamer hangt. Jezus Zelf, zijn lichaam, is als het ware dat gordijn. [ Alleen door Hem kunnen we binnengaan. ]

21. We hebben een machtige Hogepriester over het huis van God.

22. Daarom kunnen we nu naar God toe komen met een eerlijk hart en vol vertrouwen [ dat Hij ons zal ontvangen ]. Want ons hart is schoongewassen [ door het bloed van Jezus ]. Daardoor hebben we nu een goed geweten. En ons lichaam is gewassen met zuiver water.

23. Laten we blijven geloven in wat Hij heeft beloofd, zonder eraan te twijfelen. Want Hij die de beloften heeft gedaan, is trouw. [ Hij zal doen wat Hij heeft beloofd. ]

24. En we moeten ook zorgzaam op elkaar letten. We moeten elkaar aanmoedigen tot liefde en tot het doen van goede dingen.

25. En laten we niet wegblijven uit onze bijeenkomst, zoals sommigen van jullie gewend zijn te doen. Maar we moeten elkaar blijven aanmoedigen [ om te leven zoals God het wil ]. Want de laatste dag komt eraan.

26. Want als we de waarheid hebben gevonden, maar tóch expres ongehoorzaam blijven aan God, is er geen één offer meer wat daar nog vergeving voor kan brengen.

27. Dan blijft er alleen een vreselijke toekomst over: het oordeel van God en het hete vuur dat de mensen zal verbranden die niet willen gehoorzamen.

28. Als iemand expres ongehoorzaam is aan de wet van Mozes, wordt hij zonder genade gedood. Tenminste, als twee of drie mensen hetzelfde zeggen over wat er is gebeurd.

29. Dan kunnen jullie wel begrijpen dat de straf nog veel zwaarder is als mensen zich helemaal niets meer willen aantrekken van de Zoon van God. Ze vinden het bloed van het verbond waardoor ze gered waren, niets bijzonders meer. Daarmee hebben ze de Geest van Gods goedheid zwaar beledigd.

30. En we weten Wie het was die zei: "Ik heb het recht om te straffen. En Ik zal het ook doen!" En ergens anders staat: "De Heer zal rechtspreken over zijn volk."

31. Het is vreselijk om door de levende God gestraft te worden!

32. Denk eens aan wat er allemaal is gebeurd. Toen jullie pas de waarheid hadden gevonden, hebben jullie veel moeten lijden.

33. Soms omdat jullie zelf slecht werden behandeld. En andere keren omdat jullie meeleden met andere gelovigen die slecht behandeld werden.

34. Want jullie hebben ook met mij meegeleden omdat ik gevangen was genomen. En jullie hebben niet geklaagd als alles van jullie werd afgenomen. Jullie hebben het blij verdragen. Want jullie wisten dat jullie in de hemel iets bezitten wat veel méér waard is en wat niemand jullie kan afnemen.

35. Blijf alsjeblieft zo vol geloof en vol vertrouwen. Want jullie zullen er een grote beloning voor krijgen.

36. Jullie moeten geduldig blijven doen wat God van jullie vraagt. Dan zullen jullie krijgen wat Hij jullie heeft beloofd.