BasisBijbel

Handelingen 26:27-32 BasisBijbel (BB)

27. Koning Agrippa, gelooft u de profeten? Ik weet dat u ze gelooft!"

28. Maar Agrippa zei tegen Paulus: "Je wil wel heel snel een Christen van mij maken!"

29. Paulus zei: "Ik zou wel tot God willen bidden dat u én gauw, én voor altijd, zo zou worden als ik. En niet alleen u, maar ook alle andere mensen die mij vandaag horen. Maar dan wel zonder deze boeien natuurlijk."

30. Toen stonden Agrippa, Felix, Bernice en alle anderen op.

31. Ze gingen een beetje opzij staan en overlegden met elkaar: "Deze man heeft niets gedaan waarop de doodstraf of gevangenisstraf staat."

32. Agrippa zei tegen Festus: "Deze man had vrij kunnen zijn. Maar hij heeft gezegd dat hij wilde dat de keizer zelf over hem zou rechtspreken. Daarom zal hij naar de keizer gaan."