BasisBijbel

Genesis 49:25-28 BasisBijbel (BB)

25. De God van je voorvaders zal je helpen. De Almachtige God zal je zegenen met regen van de hemel boven je en met water in de grond onder je. Hij zal de vrouwen zegenen met kinderen.

26. De zegen die ik je geef, is nog beter dan de zegen die mijn voorvaders mij hebben gegeven. De zegen van je vader is groter dan de eeuwige heuvels hoog zijn. Die zegen zal komen op het hoofd van Jozef, de man die uit zijn broers is uitgekozen.

27. Benjamin lijkt op een verscheurende wolf. 's Morgens verslindt hij zijn prooi, 's avonds verdeelt hij de buit."

28. Dit is wat Israël heeft gezegd over zijn twaalf zoons. Uit hen zijn de twaalf stammen van Israël ontstaan. Hij gaf ieder van hen een eigen zegen.