BasisBijbel

Genesis 49:15-22 BasisBijbel (BB)

15. Als hij een plek ziet waar het rustig en mooi is, buigt hij zijn schouders. Hij vindt het niet erg om zware lasten te dragen en slaafs werk te doen voor zijn meesters.

16. [ Mijn zoon ] Dan zal zijn volk leiden, want zijn volk is één van de stammen van Israël.

17. Hij zal [ als ] een slang op de weg zijn, [ als ] een adder naast het pad, die in de hielen van het paard bijt, zodat zijn ruiter achterover van zijn paard valt.

18. – Ik vertrouw op uw goedheid, Heer.

19. Gad zal worden aangevallen door een roversbende, maar hij zal hen uiteindelijk overwinnen.

20. Aser zal rijke oogsten hebben. Hij zal heerlijk eten leveren, geschikt voor een koning.

21. Naftali lijkt op een rondspringend hert. Hij spreekt vriendelijke woorden.

22. Jozef lijkt op een vruchtbare boom bij een bron. Zijn takken groeien over de muur.