BasisBijbel

Genesis 24:61-67 BasisBijbel (BB)

61. Toen maakte Rebekka zich met haar slavinnen klaar en ze vertrokken op de kamelen, met de man mee. Zo nam de knecht Rebekka mee en ging naar huis terug.

62. Izaäk was intussen bij de put Lachai-Roï in het Zuiderland gaan wonen.

63. Op een keer ging hij tegen de avond naar buiten om te bidden in het veld. Toen hij opkeek, zag hij de kamelen aankomen.

64. Toen Rebekka Izaäk zag, liet ze zich snel van haar kameel af glijden.

65. Ze vroeg aan de knecht: "Wie is die man die daar in het veld naar ons toe komt?" Hij antwoordde: "Dat is mijn heer." Toen sloeg ze haar sluier voor haar gezicht.

66. De knecht vertelde Izaäk wat er allemaal gebeurd was.

67. Izaäk bracht haar in de tent die van zijn moeder Sara was geweest. Hij trouwde met Rebekka en hield veel van haar. Zo werd Izaäk getroost na de dood van zijn moeder.