BasisBijbel

Genesis 24:47-52 BasisBijbel (BB)

47. Ik vroeg haar: 'Vertel mij eens, wie is je vader?' En ze antwoordde: 'Betuël. Hij is de zoon van Milka, de vrouw van Nahor.' Toen gaf ik haar de oorringen en armbanden.

48. Ik knielde neer en boog mij diep voor de Heer. En ik dankte de Heer, de God van mijn heer Abraham. Want Hij had mij gebracht naar de dochter van de broer van mijn heer. Háár zou ik meenemen als vrouw voor zijn zoon.

49. Als jullie aan mijn heer willen laten zien dat jullie trouw zijn aan je familie, laat mij dat dan weten. [ Zeg mij dan dat ik haar mag meenemen. ] En als je dat niet wil, laat het mij dan ook weten. Dan kan ik ergens anders heen gaan."

50. Toen antwoordden Laban en Betuël: "De Heer heeft ervoor gezorgd dat het zo is gegaan. Wij mogen daar niets aan veranderen.

51. Daar is Rebekka. Neem haar mee en laat haar trouwen met de zoon van je heer, zoals de Heer heeft gezegd."

52. Toen de knecht dit antwoord hoorde, knielde hij voor de Heer en boog zich diep.