BasisBijbel

Ezra 9:8-14 BasisBijbel (BB)

8. Sinds kort bent U weer goed voor ons geweest. U heeft een klein deel van ons grote volk toch nog teruggebracht naar ons land. Zo heeft U ons weer een klein beetje hoop gegeven in onze slavernij.

9. Want we zijn nog wel slaven [ van de koning van Perzië ], maar U heeft ons niet in de steek gelaten. Onze God, U heeft ervoor gezorgd dat de koning van Perzië naar ons heeft willen luisteren. Dankzij U vond hij het goed dat wij uw tempel weer zouden herbouwen uit de puinhopen. Ook mochten we weer achter veilige muren wonen in Juda en Jeruzalem.

10. Maar wat moeten we nu zeggen, onze God? Want we zijn U niet gehoorzaam geweest.

11. We hebben ons niet gehouden aan de wet die U ons door uw profeten had gegeven. U had ons gezegd: 'Het land dat jullie zullen gaan veroveren, is bedorven. Dat komt doordat de volken die er woonden vreselijke dingen deden voor hun goden.

12. Daarom mogen jullie je dochters niet laten trouwen met de zonen van die volken. En jullie mogen je zonen niet laten trouwen met de meisjes van die volken. Sluit geen vriendschap met hen, en geen enkel verbond. Dan zullen jullie machtig worden. Jullie zullen altijd goede oogsten hebben. En jullie zullen voor altijd in dat land wonen.'

13. Maar we hebben U niet gehoorzaamd. Daarom zijn ons al deze rampen overkomen. Want wij waren heel erg schuldig. Toch heeft U ons niet eens zo zwaar gestraft als we hadden verdiend. Want U heeft ons niet helemaal vernietigd. U heeft een klein deel laten overblijven.

14. Maar nu zijn we U alwéér ongehoorzaam! Want ons volk is getrouwd met vrouwen van andere volken! U had ons in uw woede allemaal kunnen doden.