BasisBijbel

Ezra 8:20-26 BasisBijbel (BB)

20. Verder stuurde hij ons 220 tempelknechten, met name opgenoemd (Koning David had vroeger bepaald dat de Levieten bij hun werk moesten worden geholpen door tempelknechten).

21. Daar bij de rivier de Ahava zei ik tegen iedereen dat ze niet moesten eten. Zo moesten ze zich klaarmaken voor onze God. Ook wilde ik dat ze onze God zouden smeken om een goede reis voor ons, onze kinderen en onze spullen.

22. Want ik had de koning niet willen vragen om een leger dat ons onderweg tegen vijanden zou beschermen. We hadden tegen de koning gezegd: "Onze God beschermt iedereen die van Hem houdt, maar Hij straft de mensen die Hem niet gehoorzamen."

23. Daarom aten we niet en smeekten we onze God om ons een veilige reis te geven. En Hij deed wat wij Hem gebeden hadden.

24. Daarna koos ik twaalf priesters uit: Serebja, Hasabja en nog tien anderen.

25. Ik woog voor hen het zilver en het goud af. Ook de voorwerpen die de koning, zijn raadgevers en de Judeeërs in het land voor de tempel van onze God hadden gegeven.

26. Ik gaf hun: 650 talenten [ (23.400 kilo) ] zilver, voorwerpen van zilver die samen 100 talenten [ (3600 kilo) ] wogen, 100 talenten [ (3600 kilo) ] goud,