BasisBijbel

Ezechiël 45:8-24 BasisBijbel (BB)

8. Dat gebied zal zijn eigendom zijn."

9. [ De Heer zei: ] "En de koningen zullen het volk niet langer onderdrukken. Ze moeten het land aan de stammen van Israël geven. Dit zegt de Heer: Koningen van Israël, jullie hebben lang genoeg met geweld over het land geheerst! Het is afgelopen met het onderdrukken van het volk! Heers voortaan eerlijk en rechtvaardig!

10. Iedereen moet zuivere weegschalen gebruiken en zuivere maatbekers.

11. Eén efa moet een tiende deel van een homer zijn, en één bat moet een tiende deel van een homer zijn. De homer is de standaardmaat.

12. Ook de gewichten moeten zuiver zijn: 20 gera is 1 sikkel [ (11 gram) ]. En 20 sikkels plus 25 sikkels plus 15 sikkels is 1 mine.

13. De Israëlieten zijn verplicht het volgende [ aan hun koning ] te geven: van elke homer graan moeten ze 1/60 deel [ aan de koning ] geven.

14. Van elke kor olijf-olie moeten ze 1/100 deel [ aan de koning ] geven. Daarbij moeten ze een bat als maatbeker gebruiken: 1 bat is 1/10 van een homer [ en ook 1/10 van een kor ].

15. Verder moeten ze één schaap of geit per 200 dieren geven uit het waterrijke land van Israël.Dit is allemaal voor de meel-offers, brand-offers en dank-offers, waarmee de koning aan de Heer om vergeving zal vragen voor het volk, zegt de Heer.

16. Iedereen in het land is verplicht dit aan de koning te geven.

17. De koning is verplicht om de volgende offers te brengen. Hij moet de brand-offers, meel-offers en wijn-offers brengen op de feestdagen, op de eerste dag van de maand en op de heilige rustdagen. Hij moet de vergevings-offers, meel-offers, brand-offers en dank-offers brengen, zodat heel Israël vergeving zal krijgen."

18. [ De Heer zei: ] "Dit zegt de Heer: Op de eerste dag van de eerste maand moeten jullie een gezonde jonge stier offeren. Het is een vergevings-offer voor wat er in de tempel verkeerd gedaan is.

19. De priester moet wat bloed van die stier nemen en aan de deurposten van het tempelhuis strijken, aan de vier hoeken van de opstaande rand van het altaar, en aan de deurposten van de poort naar het binnenplein.

20. Hetzelfde moet gebeuren op de zevende dag van de maand. Zo wordt de tempel gereinigd van de dingen die de mensen verkeerd hebben gedaan. Zo wordt de tempel voor Mij gereinigd.

21. Op de 14e dag van de eerste maand moeten jullie het Paasfeest vieren. Tijdens de zeven dagen van het feest mogen jullie alleen ongegist brood eten.

22. Op die dag moet de koning voor zichzelf en voor het hele volk een stier geven voor het offer, om vergeving te krijgen.

23. Tijdens de zeven dagen van het feest moet hij elke dag zeven gezonde stieren en zeven gezonde mannetjes-schapen en een mannetjes-geit geven voor het brand-offer.

24. En als meel-offer moet hij elke dag bij elke stier en bij elk mannetjes-schaap 1 efa [ (22 liter) ] meel en 1 hin [ (3,7 liter) ] olijf-olie geven.