BasisBijbel

Ezechiël 41:1-5 BasisBijbel (BB)

1. Toen bracht de man mij naar [ de voorzaal in ] het tempelhuis. Daar meette hij de [ rij ] pilaren: 6 el [ (3,18 m) ] aan de ene kant en 6 el aan de andere kant.

2. De ingang van de voorzaal was 10 el [ (5,3 m) ] breed. (Net zo breed als [ vroeger ] de tent van ontmoeting.) Naast de ingang was aan beide kanten een muur van 5 el [ (2,65 m) ]. De voorzaal was dus 20 el [ (10,6 m) ] breed en hij was 40 el [ (21,2 m) ] lang.

3. Daarna liep de man door de voorzaal naar de achterzaal. De pilaar bij de ingang was 2 el [ (1,06 m) ] dik. De ingang was 6 el [ (3,18 m) ] breed en de muren aan beide kanten van de ingang waren 7 el [ (3,71 m) ].

4. De achterzaal was 20 el [ (10,6 m) ] lang en 20 el breed. Hij lag helemaal achteraan in de tempel. En de man zei tegen mij: "Deze achterzaal is de allerheiligste kamer."

5. Toen meette hij de muur van het tempelhuis. Die was 6 el [ (3,18 m) ]. Rondom tegen de muur was een rij kamers gebouwd. De kamers waren 4 el [ (2,12 m) ] diep.